Het was een liefde voor muziek die Jorn Goldenbeld tot geluidswizard maakte binnen Team Solutions, waar hij ook teamleider is van windwizards Romana Madić en Ryan Sondij en tekenwizard Bojan Antonijević. Jorn, drummer, djembé-speler, pianist, gitarist, mondharpspeler én saxofonist speelt het liefst didgeridoo. “Die heeft ook een typisch geluid. Ik vind het razend interessant om te weten en te meten hoe mensen geluid beleven.”
“Ons team is expert in de interpretatie van windturbinegegevens zoals geluidskrommen. Dat is de hoeveelheid geluid die een windturbine produceert bij bepaalde windsnelheden. Hoe harder het waait, hoe sneller de rotor gaat draaien en hoe meer geluid je hebt,” legt Jorn uit.
“Geluid is heel complex. Aan de hand van berekeningen weten we wat een windturbine gemiddeld over een jaar aan geluid produceert en of dat aanvaardbaar is. Bij laagfrequent geluid nemen we de NSG-curve als geluidsdrempel die uitgaat van wat 90% van de bevolking hoort. Aan hoge frequenties wennen mensen over het algemeen wel, maar lage frequenties zorgen voor de meeste irritatie.”
Tonaliteit
Bij geluidshinder gaat Jorn eerst het gesprek aan om te kijken waarin de geluidshinder zit. De tonaliteit, het laagfrequent geluid en de amplitudemodulatie van de windturbine kunnen een rol spelen, legt hij uit. Kortweg heeft tonaliteit betrekking op de klank en amplitudemodulatie op het volume en ritme van het windturbinegeluid. “Naast geluidsbeperkende maatregelen in huis, kunnen we soms ook iets betekenen in de afstelling van de turbine. Daarnaast denk ik dat er nog veel winst te behalen is als windturbinefabrikanten aandacht besteden aan het geluidspectrum. Het zou mooi zijn als een windturbine klinkt als muziek in de oren.”
Vraag 1. Waarom is het zo belangrijk om een locatiespecifieke meetcampagne in te richten op de plek waar je een windpark wil ontwikkelen?
A. Omdat je zo snel mogelijk aan de omgeving wil laten zien dat je begonnen bent
B. De werkelijkheid kan nooit helemaal in een simulatiemodel worden nagebootst.
C. Data van bijvoorbeeld windparken in de omgeving kunnen misleidend zijn
D. Omdat je wil weten welke verf je voor de windturbine moet gebruiken
Vraag 2. Hoeveel procent van de tijd worden de windcondities van een standaard powercurve in de praktijk gehaald?
Vraag 3. Stel je hebt twee windturbines, hoeveel minder stroom produceert de achterste windturbine dan als de windrichting op dat moment precies parallel staat aan de opstellingsrichting?
Had jij alle vragen goed? Gefeliciteerd, je bent een echte windspecialist! Had je niet zoveel vragen goed? Lees hieronder de uitgebreide antwoorden. Lijkt het dan nog een andere taal? Misschien kun je onze Jorn vragen om wat extra uitleg. Dat geeft hij met liefde!
Antwoorden
Vraag 1: B & C
Vraag 2: D
Vraag 3: D
Uitleg
Vraag 1. Waarom is het zo belangrijk om een locatiespecifieke meetcampagne in te richten op de plek waar je een windpark wil ontwikkelen?
Wanneer we de wind binnen het rotoroppervlak analyseren, kijken we niet alleen naar snelheid en windrichting, maar ook naar turbulentie, windschering, de invalshoek, de luchtdichtheid. Al deze data zijn bepalend voor de opbrengst en levensduur van een windturbine op een bepaalde locatie. De allerbeste manier om deze condities te meten, is door een jaar lang een locatiespecifieke meetcampagne te runnen. Dat is echter een dure optie, waardoor initiatiefnemers soms rekenen met reeds bestaande data. Bijvoorbeeld SCADA-data van operationele windparken of klimatologische data. Deze zijn echter een stuk minder nauwkeurig. Een locatiespecifieke meetcampagne is dus aan te raden! En laat Green Trust daar nou expert in zijn…
Vraag 2. Hoeveel procent van de tijd worden de windcondities van een standaard powercurve in de praktijk gehaald?
Een powercurve? Wat is dat? Een powercurve laat zien hoeveel stroom de windturbine produceert afhankelijk van de windsnelheid op ashoogte. Als je een powercurve van een fabrikant opvraagt zonder te specificeren hoe je deze wil zien, krijg je een standaard powercurve (ook wel de salespowercurve genoemd).
Je kunt je voorstellen dat het voor een windturbinefabrikant voordelig is als de salespowercurve hoge waarden laat zien. Dat betekent immers een hogere stroomproductie. Maar deze salespowercurve is vaak gebaseerd op de ideale condities voor een windturbine. Deze condities worden in een jaar slechts 25% van de tijd gehaald. Het is dus nauwkeuriger om zelf winddata te verzamelen en deze aan de windturbinefabrikant te sturen. Dan krijg je een locatiespecifieke powercurve waarmee gerekend wordt.
Vraag 3. Wanneer twee windturbines in dezelfde windrichting opgesteld staan, hoeveel minder stroom produceert de achterste windturbine dan?
Het is belangrijk om goed te kijken waar windturbines in een windpark komen te staan, want ze beïnvloeden elkaar. Wanneer de windrichting op een bepaald moment precies parallel staat aan de opstellingsrichting, zorgt ervoor dat de achterste windturbine veel minder wind door zijn rotor krijgt. Dit kan zelfs wel oplopen tot 80%! Dat noemen we het ‘zogeffect’.
streamer